Snoeken zijn echte rovers die zelfs hun eigen soortgenoten opeten. Geloof het of niet, maar een snoek van een meter grijpt zonder probleem een snoek van 60 centimeter. Nu is kunstaas van die lengte natuurlijk ‘een tikje’ overdreven en vooral lastig te gebruiken. Maar met een shad van 20 centimeter, een grote plug of een forse tandemspinner met daarachter een dot haar of veren sla je als snoekvisser echt geen gek figuur.
Baarzen als prooi
Ook zijn baarzen in het najaar en de winter vaak het ‘haasje’. In de zomer kunnen baarzen zich dankzij hun verticale strepen vaak nog prima verschuilen tussen rietstengels. Maar is het riet verdwenen, dan vallen ze door hun rode vinnen extra op en vormen ze een belangrijke prooi voor snoek.Je voelt hem natuurlijk al aankomen: dit betekent dat je de komende maanden vooral pluggen en ander kunstaas moet nemen dat de kleur heeft van een baars. Strepen mag, maar vaak is een combinatie van groengeel met bruin of groen met geel en wat rood (vinnen) al genoeg.